WR 2021/104
Ontbinding en ontruiming – woonruimte: hennep; hennepgruis en hennepgerelateerde zaken van derden; tenzij-bepaling; geen handelsactiviteit; geen overlast; belang kind; geen ontbinding
Rb. Zeeland-West-Brabant 14-04-2021, ECLI:NL:RBZWB:2021:1825, m.nt. Z.H. Duijnstee-van Imhoff
- Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum
14 april 2021
- Magistraten
Mr. P.J.M. Rouwen
- Zaaknummer
8795835 CV EXPL 20-4047
- Noot
Z.H. Duijnstee-van Imhoff
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS275568:1
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Algemeen
Huurrecht / Huur van woonruimte
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBZWB:2021:1825, Uitspraak, Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 14‑04‑2021
- Wetingang
Art. 7:219, 7:213, 6:265 lid 1 BW en art. 3 IVRK
Essentie
Ontbinding en ontruiming – woonruimte: hennep; hennepgruis en hennepgerelateerde zaken van derden; tenzij-bepaling; geen handelsactiviteit; geen overlast; belang kind; geen ontbinding
Samenvatting
Verhuurster, een woningstichting, vordert ontbinding en ontruiming van de gehuurde woning vanwege aangetroffen hennep, hennepgruis en hennep(kwekerij)gerelateerde voorwerpen. Huurders betwisten dat zij zodanig ernstig zijn tekortgeschoten dat dat ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde rechtvaardigt. Huurders hebben de 17,61 gram hennep voor eigen gebruik gekocht en zij wisten dat de aangetroffen hennepgerelateerde zaken door een kennis zijn geplaatst op de zolder. De kantonrechter oordeelt dat op grond van art. 7:219 BW huurders ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.