Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/942
Medeplichtigheid aan hennepteelt (art. 3 onder B Opiumwet). Opzettelijk gelegenheid verschaffen door pand ter beschikking te stellen? HR: art. 81 lid 1 RO. Vervolg op RvdW 2019/775.
HR 21-09-2021, ECLI:NL:HR:2021:1255
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 september 2021
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M. Kuijer
- Zaaknummer
19/05690
- Conclusie
plv. A-G mr. P.M. Frielink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1255, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑09‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:830, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑06‑2021
Essentie
Medeplichtigheid aan hennepteelt (art. 3 onder B Opiumwet). Opzettelijk gelegenheid verschaffen door pand ter beschikking te stellen? HR: art. 81 lid 1 RO. Vervolg op RvdW 2019/775.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 19/05690
Datum 21 september 2021
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 10 december 2019, nummer 22/003336-19, in de strafzaak
tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1977,
hierna: de verdachte.
Conclusie
Conclusie plv. A-G mr. P.M. Frielink:
1. Het cassatieberoep
1.1.
De verdachte is bij arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.