NJB 2017/978
Omkoping van een ambtenaar, art. 177 Sr: deze bepaling ziet niet alleen op de situatie dat er een direct verband bestaat tussen de gift of belofte enerzijds en een concrete tegenprestatie anderzijds, doch ook op het doen van giften of beloften aan een ambtenaar teneinde aldus een relatie met die ambtenaar te doen ontstaan en/of te onderhouden met het doel een voorkeursbehandeling te krijgen. Bestanddeel ‘ter bedrieglijke verkorting van de rechten van zijn schuldeisers’ art. 341 Sr: deze bewoordingen brengen tot uitdrukking dat de verdachte het opzet moet hebben gehad op de verkorting van de rechten van de schuldeisers, dat voorwaardelijk opzet in dat verband voldoende is en dat derhalve voor het bewijs van het opzet ten minste is vereist dat het handelen van de verdachte de aanmerkelijke kans op verkorting van de rechten van de schuldeisers heeft doen ontstaan
HR 11-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:641
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
11 april 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, V. van den Brink, E.F. Faase, M.J. Borgers
- Zaaknummer
15/03493
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Insolventierecht / Faillissement
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:641, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 11‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1489, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑06‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑06‑2015
- Wetingang
Essentie
Omkoping van een ambtenaar, art. 177 Sr: deze bepaling ziet niet alleen op de situatie dat er een direct verband bestaat tussen de gift of belofte enerzijds en een concrete tegenprestatie anderzijds, doch ook op het doen van giften of beloften aan een ambtenaar teneinde aldus een relatie met die ambtenaar te doen ontstaan en/of te onderhouden met het doel een voorkeursbehandeling te krijgen. Bestanddeel ‘ter bedrieglijke verkorting van de rechten van zijn schuldeisers’ art. 341 Sr: deze bewoordingen brengen tot uitdrukking dat de verdachte het opzet moet hebben gehad op de verkorting van de rechten van de schuldeisers, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.