FED 2022/62
Recreatiewoning staat gedurende de leegstaand niet zowel voor privé- als bedrijfsdoeleinden ter beschikking.
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 maart 2022
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Fierstra, Faase, Van Eijsden
- Zaaknummer
19/05929
- Noot
mr. dr. M.D.J. van der Wulp
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS648659:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Omzetbelasting / Tarief
Omzetbelasting / Vergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:438, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑03‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑02‑2020
- Wetingang
Art. 4 lid 2 onderdeel a Wet OB 1968; Tabel I, post b.11 Wet OB 1968
Essentie
Recreatiewoning staat gedurende de leegstaand niet zowel voor privé- als bedrijfsdoeleinden ter beschikking.
Samenvatting
Belanghebbende is eigenaar van een recreatiewoning op een vakantiepark die voor de btw volledig tot het bedrijfsvermogen is gerekend. De woning wordt gebruikt voor de belaste verhuur, via een BV, maar ook voor privégebruik. In 2011 wordt de woning tien dagen verhuurd, in 2012 61 dagen en in 2013 103 dagen. In die jaren gebruikt belanghebbende de woning zelf 73 dagen. In geschil is hoe de toerekening van de periode van leegstand voor de btw moet plaatsvinden. In tegenstelling tot het hof oordeelt de Hoge ...