Einde inhoudsopgave
Verordening (EEG) Nr. 4057/86 betreffende oneerlijke tariefpraktijken in het vervoer over zee
Artikel 15
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1987
- Bronpublicatie:
22-12-1986, PbEG 1986, L 378 (uitgifte: 31-12-1986, regelingnummer: 4057/86)
- Inwerkingtreding
01-07-1987
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-1986, PbEG 1986, L 378 (uitgifte: 31-12-1986, regelingnummer: 4057/86)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
1.
Behoudens het bepaalde in lid 2 vervallen compenserende rechten en verbintenissen vijf jaar na de datum waarop zij van kracht zijn geworden of laatstelijk werden gewijzigd of bevestigd.
2.
De Commissie maakt, na overleg, normaliter binnen zes maanden vóór het einde van de periode van vijf jaar, door middel van een bericht in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen, bekend dat de desbetreffende maatregel zal vervallen en stelt de als betrokken bekende rederijen uit de Gemeenschap hiervan in kennis. In dit bericht wordt de termijn aangegeven waarbinnen de belanghebbende partijen hun standpunt schriftelijk kunnen uiteenzetten en kunnen verzoeken overeenkomstig artikel 7, lid 5, door de Commissie te worden gehoord.
Indien een belanghebbende partij aantoont dat de beëindiging van de maatregel opnieuw tot schade of dreiging van schade zou leiden, onderwerpt de Commissie de maatregel aan een nieuw onderzoek. De maatregel blijft hangende het resultaat van dit onderzoek van kracht.
Indien op grond van dit artikel compenserende rechten en verbintenissen vervallen, maakt de Commissie een bericht van deze strekking bekend in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.