Einde inhoudsopgave
Besluit verpakte geneesmiddelen BES
Artikel 3
Geldend
Geldend vanaf 04-10-2011
- Redactionele toelichting
Goedgekeurd bij de wet van 05-07-2012, Stb. 358.
- Bronpublicatie:
23-09-2011, Stcrt. 2011, 17597 (uitgifte: 03-10-2011, regelingnummer: DWJZ/G&E-3082726)
- Inwerkingtreding
04-10-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-09-2011, Stcrt. 2011, 17597 (uitgifte: 03-10-2011, regelingnummer: DWJZ/G&E-3082726)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De bereiding van verpakte geneesmiddelen door een fabrikant mag slechts geschieden onder toezicht van een apotheker, die niet in de uitoefening van zijn bevoegdheid is geschorst of wie deze bevoegdheid niet is ontnomen.
2.
De fabrikant verstrekt aan de Inspecteur een afschrift van de overeenkomst tussen hem en de in het voorgaande lid bedoelde apotheker, door beiden ondertekend, waaruit ten genoegen van de Inspecteur moet blijken dat de apotheker voldoende toezicht op de bereiding zal kunnen houden. Daarbij moet tevens een door de fabrikant en de apotheker ondertekende verklaring worden gevoegd, inhoudende dat geen nadere afspraken zijn gemaakt met de strekking, deze overeenkomst daarmede geheel of gedeeltelijk op te heffen, te wijzigen of aan te vullen. Telkens als op een later tijdstip zodanige overeenkomst wordt gewijzigd, is het bepaalde in de voorgaande volzinnen van overeenkomstige toepassing.
3.
Is de in lid 1 genoemde fabrikant zelf apotheker, die niet in de uitoefening van zijn bevoegdheid is geschorst of wie deze bevoegdheid niet is ontnomen, dan behoeft deze slechts ten genoegen van de Inspecteur aan te tonen dat op de bereiding voldoende toezicht wordt uitgeoefend.
4.
In bijzondere gevallen kan Onze Minister, de Inspecteur gehoord, en zolang de belangen van de volksgezondheid zich daartegen niet verzetten, ontheffing verlenen van het bepaalde in het eerste lid. Onze Minister kan aan de ontheffing voorwaarden verbinden of deze intrekken, indien het belang van de volksgezondheid zulks vordert.
5.
Tegen weigering of intrekking van de ontheffing staat beroep open op de voet van het bepaalde in het vierde lid van artikel 3 van de wet.