Smartengeld
Einde inhoudsopgave
Smartengeld 1998/7.3.2.2:7.3.2.2 Rechtspraak
Archief
Smartengeld 1998/7.3.2.2
7.3.2.2 Rechtspraak
Documentgegevens:
prof. mr. S.D. Lindenbergh, datum 21-06-1998
- Datum
21-06-1998
- Auteur
prof. mr. S.D. Lindenbergh
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
HR 8 juli 1992, NJ 1992, 714 (AMC/O).
Ook al ging het hier om een enigszins atypische vorm van lichamelijk letsel, in de vorm van besmetting.
Dat geldt in grote lijnen zelfs voor de meest 'objectieve' factor 'pijn'. Zo wordt wel als meest gangbare definitie van pijn aangenomen: 'pain is pain when it hurts' (Lahaye 1991). Zie over de moeilijkheden bij pijnmeting Linssen & Spinhoven 1991 en voor een overzicht van literatuur Rapport CBO 1992.
Zie de rubrieken betreffende lichamelijk letsel in VRS 1997.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Zoals gezegd is de rol van de Hoge Raad bij de vaststelling van de omvang van het smartengeld beperkt. Niettemin heeft de Hoge Raad zich in één uitspraak iets meer uitgebreid uitgelaten over de factoren die bij de vaststelling van de omvang van het smartengeld van belang zijn. Het betrof het geval waarin aan een patiënt in een ziekenhuis door een arts in opleiding bloed werd toegediend met een spuit waarin zich nog een geringe hoeveelheid bloed van een AlDS-patiënt bevond.1 De patiënt waaraan het bloed werd toegediend raakte daardoor besmet met AIDS, hetgeen als zeer ernstig lichamelijk letsel valt aan te merken.2 Met betrekking tot de voor de begroting van het smartengeld relevante factoren overweegt de Hoge Raad:
'Hierbij moet in een geval als het onderhavige met name worden gedacht aan enerzijds de aard van de aansprakelijkheid en anderzijds de aard, de duur en de intensiteit van de pijn, het verdriet en de gederfde levensvreugde die voor het slachtoffer het gevolg zijn van de gebeurtenis waarop de aansprakelijkheid berust. Onder het verdriet is ook begrepen het verdriet dat het slachtoffer heeft doordat als gevolg van deze gebeurtenis zijn levensverwachting is bekort.'
Naast de aard van de aansprakelijkheid, waarop hierna in § 7.3.2.9 onder d nader zal worden ingegaan, benadrukt de Hoge Raad de relevantie van de ernst van het nadeel, aangeduid als de aard, de ernst en de duur van de pijn, het verdriet en de gederfde levensvreugde. De door de Hoge Raad genoemde factoren zijn evenwel niet zichtbaar of meetbaar,3 zodat hun omvang dient te worden afgeleid uit andere feiten, hetgeen bij uitstek een taak is voor de feitenrechter.
Beziet men de lagere rechtspraak,4 dan blijkt dat de aanduiding van de aard van het letsel in de vorm van een omschrijving van het type verwonding en het getroffen lichaamsdeel doorgaans de kern van de motivering vormt. Vaak wordt dit aangevuld met een beschrijving van de duur van de behandeling en van de restverschijnselen, veelal aangeduid met een percentage functionele invaliditeit en met een omschrijving van littekens. Soms worden in dat verband tevens neurologische en psychische aspecten omschreven. Deze variëren van 'functieverlies', zoals geheugenstoornissen, concentiatiestoornissen, traagheid in denken en vermindering van spankracht, tot slapeloosheid, huilbuien, depressiviteit en karakterveranderingen, zoals prikkelbaarheid en gedragsverandering, terwijl ook verschillende soorten angsten worden genoemd. Voorts worden dikwijls arbeidsongeschiktheid en studievertraging genoemd. Daarnaast wordt nogal eens vermeld dat de getroffene niet meer in staat is bepaalde sporten of andere hobby's uit te oefenen. Verder bevatten verschillende uitspraken overwegingen waarin bijvoorbeeld aandacht wordt besteed aan sociaal isolement van de getroffene, verminderde huwelijkskansen, verminderde toekomstmogelijkheden, de duur van de procedure, et cetera. Soms wordt ook de leeftijd van de getroffene expliciet in de motivering betrokken. De oorzaak van het letsel wordt in de verkorte weergaven van de uitspraken lang niet altijd vermeld en ook het verkeren in levensgevaar wordt slechts sporadisch genoemd. Ten slotte worden dikwijls matigende factoren genoemd zoals de draagkracht van partijen, of wordt de 'eigen schuld' van het slachtoffer in het oordeel betrokken.