Einde inhoudsopgave
Europees Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van beslissingen inzake het gezag over kinderen en betreffende het herstel van het gezag over kinderen
Artikel 26
Geldend
Geldend vanaf 01-09-1983
- Bronpublicatie:
20-05-1980, Trb. 1981, 10 (uitgifte: 15-01-1981, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-1983
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-07-1990, Trb. 1990, 95 (uitgifte: 09-07-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Europees personen- en familierecht
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
1.
Ten aanzien van een Staat die, wat het gezag over kinderen betreft, twee of meer rechtsstelsels heeft waarvan de toepasselijkheid territoriaal is bepaald,
- a.
dient de verwijzing naar het recht van de gewone verblijfplaats of van de nationaliteit van een persoon te worden opgevat als een verwijzing naar het rechtsstelsel aangewezen door de in die Staat van kracht zijnde voorschriften, of indien deze voorschriften ontbreken, naar het rechtsstelsel waarmede de betrokken persoon het nauwst is verbonden;
- b.
dient de verwijzing naar de Staat waar de beslissing werd gegeven of naar de aangezochte Staat, al naar gelang van het geval, te worden opgevat als een verwijzing naar de territoriale eenheid waarin de beslissing werd gegeven of naar de territoriale eenheid waar om erkenning of tenuitvoerlegging van de beslissing of om het herstel van het gezag wordt verzocht.
2.
Het eerste lid, letter a, van dit artikel is eveneens, mutatis mutandis, van toepassing op de Staten die, wat het gezag over kinderen betreft, twee of meer rechtsstelsels hebben die op verschillende groepen van personen toepasselijk zijn.