Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/234
Goederenrecht. Beperking bevoegdheid tot overdracht recht van erfpacht of opstal door eis toestemming grondeigenaar (art. 5:91 lid 1 BW en art. 5:104 lid 2 BW); vervangende machtiging kantonrechter; toetsing weigering gemeente aan algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
HR 17-02-2023, ECLI:NL:HR:2023:254
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
17 februari 2023
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, S.J. Schaafsma, G.C. Makkink, K. Teuben
- Zaaknummer
21/03879
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Goederenrecht / Genotsrechten
Goederenrecht / Verkrijging en verlies
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:254, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 17‑02‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:501, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑05‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑09‑2021
- Wetingang
Samenvatting
De bevoegdheid tot overdracht van een recht van erfpacht of opstal kan worden beperkt door in de vestigingsakte te bepalen dat voor overdracht toestemming van de grondeigenaar is vereist (art. 5:91 lid 1 BW en art. 5:104 lid 2 BW). Indien de toestemming zonder redelijke grond wordt geweigerd, of daaraan onredelijke voorwaarden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.