NJB 2013/2313
Roekeloosheid in de zin van art. 175 lid 2 WVW 1994. In casu tekortschietende bewijsvoering
HR 15-10-2013, ECLI:NL:HR:2013:964
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 oktober 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, W.F. Groos, Y. Buruma. V. van den Brink
- Zaaknummer
12/01937
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:964, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑10‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:502, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑04‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑01‑2013
- Wetingang
Essentie
Roekeloosheid in de zin van art. 175 lid 2 WVW 1994. In casu tekortschietende bewijsvoering
Uitspraak
Inleiding:
Het middel richt zich onder meer tegen het oordeel van het hof dat sprake is van schuld in de zin van roekeloosheid als bedoeld in art. 175 lid 2 aanhef en onder a WVW 1994. Zie voor het kader dat de Hoge Raad uiteenzet de rechtsoverwegingen 4.3 t.m. 4.5 van het hierboven afgedrukte arrest HR 15 oktober 2013, nr. 11/03632, ECLI:NL:HR:2013:960.
Hoge Raad, onder meer:
3.6.
In het licht van het voorafgaande schiet de bewijsvoering van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.