De objectvrijstelling bij zetelverplaatsing

Objectvrijstelling of exclusieve toewijzing? – Een reactie op WFR 2023/298

Documentgegevens:

Mr. C. Botraby & dr. mr. M. van Dun, datum 25-03-2024

Datum: 25-03-2024
Auteur: Mr. C. Botraby1 & dr. mr. M. van Dun2
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
JCDI: JCDI:ADS950211:1
Vakgebied(en): Internationaal belastingrecht / BEPS
Internationaal belastingrecht / Heffingsbevoegdheid
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Vennootschapsbelasting / Objectvrijstelling voor buitenlandse ondernemingswinsten
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
Vennootschapsbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Wetingang: Art. 15c, 15e Wet Vpb 1916

In deze bijdrage reageren de auteurs op het artikel van de hand van S.H.J.P. Adriaans LLM & dr. L.C. van Hulten ‘De objectvrijstelling bij zetelverplaatsing’, WFR 2023/298. Zij belichten het door Adriaans en Van Hulten behandelde vraagstuk vanuit een andere invalshoek.

1. Inleiding

Met belangstelling – en grotendeels met instemming – hebben wij kennisgenomen van het artikel ‘De objectvrijstelling bij zetelverplaatsing’ van S.H.J.P. Adriaans LLM & dr. L.C. van Hulten in WFR 2023/298. Op één punt zouden wij de analyse van de auteurs graag willen aanvullen, en op een ander punt verschillen wij van mening ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.