V-N Vandaag 2021/743
Betrokkenheid bij Liechtensteinse Stiftung kwalificeert als APV
HR 26-03-2021, ECLI:NL:HR:2021:367
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 maart 2021
- Zaaknummer
19/03671
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Vermogensrendementsheffing (box 3)
Inkomstenbelasting / Resultaat uit overige werkzaamheden
Inkomstenbelasting / Algemeen
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:367, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑03‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:842, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑09‑2020
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat het vermogen van R discretionair is en dus een APV is. Aangezien X geen concreet juridisch afdwingbaar recht jegens R heeft, is het vermogen van R niet non-discretionair.
Samenvatting
Q en K, de ouders van belanghebbende, X, emigreren naar Zwitserland. Q richt in 2007 een Liechtensteinse Stiftung (R) op. Hij brengt daarbij zijn aandelen in S bv in, een beleggingsportefeuille en een bankrekening. In 2011 remigreert Q naar Nederland, alwaar hij in 2012 overlijdt. De inspecteur verhoogt het belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van X in verband met zijn betrokkenheid bij R, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.