Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/1136
Afzien opnieuw oproepen van niet verschenen getuige.
HR 13-10-2015, ECLI:NL:HR:2015:3072
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 oktober 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
14/01323
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3072, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑10‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1610, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑06‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑03‑2014
- Wetingang
Art. 288, 331 Sv
Essentie
Na een bevel tot oproeping van een getuige door het hof is op de nadere terechtzitting die getuige niet verschenen, waren de verdachte noch diens raadsman aanwezig en heeft de inhoudelijke behandeling van de zaak plaatsgevonden. Het hof heeft toen kennelijk afgezien van nadere oproeping van de niet verschenen getuige. Gelet op art. 331 lid 2 Sv kon het hof ook zonder de toestemming van de verdachte aldus beslissen (vgl. HR NJ 2001/161, r.o. 4.3). Door de verdachte kan niet met vrucht worden geklaagd dat uit het proces-verbaal van de terechtzitting in hoger beroep niet blijkt dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.