Ondernemingsrecht 2020/47
Zorgplicht financieel dienstverlener. Aansprakelijkheid bank voor beleggingsverlies. Causaal verband (condicio sine qua non-verband en toerekeningsverband) tussen verwijt aan de bank en de schade; art. 6:98 BW.
HR 10-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:28, m.nt. Mr. K. Frielink
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 januari 2020
- Zaaknummer
18/02486
- Noot
Mr. K. Frielink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS191887:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:28, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑01‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:826, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑07‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑10‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑06‑2018
- Wetingang
art. 6:98 BW
Essentie
Zorgplicht financieel dienstverlener. Aansprakelijkheid bank voor beleggingsverlies. Causaal verband (condicio sine qua non-verband en toerekeningsverband) tussen verwijt aan de bank en de schade; art. 6:98 BW.
Partij(en)
Tulpenfraude
Uitspraak
1. Feiten
De verweerder in cassatie had een vermogensbeheerrelatie met eiseres in cassatie1 (hierna: de Bank). Op 13 mei 2003 heeft de Bank aan verschillende van haar cliënten een brief gestuurd waarin onder meer staat:
“Via deze brief willen wij u graag informeren over een innovatieve belegging die wij u als Hollandsche Bank-Unie (HBU) mogen aanbieden. Het betreft het “Novacap Floralis Termijnfonds 2004”. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.