Einde inhoudsopgave
Verdrag van Unidroit inzake gestolen of onrechtmatig uitgevoerde cultuurgoederen
Artikel 13
Geldend
Geldend vanaf 01-07-1998
- Bronpublicatie:
24-06-1995, Trb. 1997, 46 (uitgifte: 25-02-1997, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-07-1998, Internet 1998, www.unidroit.org (uitgifte: 01-07-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
1.
Dit Verdrag doet geen afbreuk aan internationale akten waaraan een Verdragsluitende Staat rechtens is gebonden en die bepalingen bevatten inzake onderwerpen die door dit Verdrag worden geregeld, tenzij door aan dergelijke akten gebonden Staten een andersluidende verklaring is afgelegd.
2.
Elke Verdragsluitende Staat kan met een of meer Verdragsluitende Staten overeenkomsten sluiten met het oogmerk de toepassing van dit Verdrag in hun onderlinge betrekkingen te verbeteren. De Staten die dergelijke overeenkomsten hebben gesloten, zenden een kopie daarvan aan de depositaris.
3.
In hun onderlinge betrekkingen kunnen Verdragsluitende Staten die lid zijn van organisaties voor economische integratie of van regionale entiteiten verklaren dat zij de interne regels van deze organisaties of entiteiten toepassen en in deze betrekkingen derhalve geen toepassing geven aan de bepalingen van dit Verdrag waarvan het toepassingsgebied samenvalt met die van die regels.