RAV 2020/81
Verjaring. Werkt een jegens de vof afgelegde stuitingsverklaring ook jegens de individuele vennoten?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 juli 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
19/01094
- Conclusie
A-G mr. T. Hartlief
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS238625:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Ondernemingsrecht / Personenvennootschappen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1315, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑07‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:97, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 31‑01‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑02‑2019
- Wetingang
Essentie
Personenvennootschap. Verjaring. Stuiting van verjaring. Uitleg stuitingsverklaring.
Is afzonderlijke stuiting nodig van de vorderingen die een schuldeiser geldend kan maken tegen zowel de gezamenlijke vennoten als tegen iedere vennoot afzonderlijk?
Samenvatting
Eiser in cassatie zocht in 1999 samen met zijn partner financiering voor de koop van een nieuwe woning. Een (financieel) adviesbureau uit Amersfoort, vormgegeven als vennootschap onder firma, heeft het stel hierover geadviseerd. Verweerder in cassatie was vennoot van de vof.
Het advies van de vof aan het stel betrof onder meer het beëindigen van een reeds lopende levensverzekering en het aangaan van een nieuwe levensverzekering ...