Einde inhoudsopgave
Traktaat tot definitieve regeling der wederzijdsche regten en belangen
Artikel 32
Geldend
Geldend vanaf 05-02-1843
- Bronpublicatie:
05-11-1842, Stb. 1843, 3 (uitgifte: 07-02-1843, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
05-02-1843
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-11-1842, Stb. 1843, 3 (uitgifte: 07-02-1843, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Algemeen
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De ligters in bovenstaand artikel vermeld, zullen niet gehouden zijn tot de betaling van eenig scheepvaartregt, onder welke benaming ook.
2.
Hetzelfde zal worden in acht genomen ten aanzien van het hout, aangebragt door de geligte schepen, hetwelk deze schepen als vlot op sleeptouw zullen voeren; alles voor zoo verre de ligters en het houtvlot gelijktijdig zullen doorgaan met het vaartuig, welks lading is geligt geworden.