RvdW 2015/88
Ontvankelijkheid in cassatie; uitspraak hof eind- of tussenbeschikking?; uitspraak rechtbank eind- of tussenbeschikking?; heeft door rechtbank in dictum afgewezen verzoek tot afgifte stukken betrekking op inzet van het geding of op instructie of voortgang van de zaak?
HR 19-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3648
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 december 2014
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. de Groot
- Zaaknummer
13/05566
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3648, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑12‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1806, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑09‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑11‑2013
- Wetingang
Essentie
Ontvankelijkheid in cassatie; uitspraak hof eind- of tussenbeschikking?; uitspraak rechtbank eind- of tussenbeschikking?; heeft door rechtbank in dictum afgewezen verzoek tot afgifte stukken betrekking op inzet van het geding of op instructie of voortgang van de zaak?
Nu gesteld noch gebleken is dat het hof verlof heeft gegeven tot tussentijds cassatieberoep, is, gelet op art. 426 lid 4 Rv jo. art. 401a lid 2 Rv, de ontvankelijkheid van het cassatieberoep afhankelijk van het antwoord op de vraag of de bestreden beschikking een eind- dan wel een tussenbeschikking is. Daarvoor is bepalend of de in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.