Einde inhoudsopgave
Statuut voor de personeelsleden van Europol
Artikel 46
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1999
- Bronpublicatie:
03-12-1998, PbEG 1999, C 26 (uitgifte: 30-01-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1999
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-12-1998, PbEG 1999, C 26 (uitgifte: 30-01-1999, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De gezinstoelagen omvatten:
- a)
de kostwinnerstoelage;
- b)
de kindertoelage;
- c)
de toelage voor schoolgaande kinderen.
2.
De functionaris die de in dit artikel bedoelde gezinstoelagen geniet, is verplicht opgave te doen van soortgelijke toelagen uit andere bron; deze komen in mindering op die welke uit hoofde van aanhangsel 5, artikelen 1, 2 en 3, worden uitbetaald.
3.
De kindertoelage kan bij een bijzonder met redenen omkleed besluit van de directeur worden verdubbeld op grond van medische bewijsstukken waaruit blijkt dat het desbetreffende kind voor de functionaris zware lasten met zich brengt, omdat het geestelijk of lichamelijk gehandicapt is.
4.
Indien voornoemde gezinstoelagen krachtens aanhangsel 5, artikelen 1, 2 en 3, aan een andere persoon dan de functionaris worden uitgekeerd, gelden de leden 2 en 3 van dit artikel voor de hierboven bedoelde persoon.