BNB 2021/36
Rijnvarendenovereenkomst. Verzekeringsplicht. Verrekening van premie die is betaald in de staat waar men niet is verzekerd
HR 18-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:2092
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 december 2020
- Magistraten
Mrs. Wortel, Beukers-van Dooren, Cools
- Zaaknummer
20/01824
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Premieheffing / Algemeen
Premieheffing (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:2092, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑12‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑12‑2020
- Wetingang
Essentie
Rijnvarendenovereenkomst. Verzekeringsplicht. Verrekening van premie die is betaald in de staat waar men niet is verzekerd
Samenvatting
De Inspecteur heeft belanghebbende vrijstelling voor de premie volksverzekeringen verleend voor de periode 17 november 2014 t/m 31 december 2014. Belanghebbende was eerder in dienst bij twee Luxemburgse vennootschappen. Over de periode 1 januari 2014 t/m 16 november 2014 zijn op het loon van belanghebbende Luxemburgse socialeverzekeringspremies ingehouden. Volgens A1-verklaringen van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) is op belanghebbende voor die periode de Nederlandse socialeverzekeringswetgeving van toepassing. Het Hof is ervan uitgegaan dat de belastingrechter gebonden is aan de A1-verklaringen van de SVB ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.