Einde inhoudsopgave
Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds
Artikel 412 Algemene uitzonderingen
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2021
- Bronpublicatie:
30-12-2020, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-05-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-04-2021, PbEU 2021, L 149 (uitgifte: 30-04-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Douane (V)
1.
Niets in titel I, hoofdstuk 1 en hoofdstuk 5, titel II, hoofdstuk 2, titel III, titel VIII en titel XI, hoofdstuk 4, wordt zodanig uitgelegd dat het een Partij belet maatregelen vast te stellen of te handhaven die verenigbaar zijn met artikel XX van de GATT 1994. Artikel XX van de GATT 1994 en de aantekeningen en aanvullende bepalingen daarbij worden daartoe mutatis mutandis in deze overeenkomst opgenomen.
2.
Op voorwaarde dat dergelijke maatregelen niet worden toegepast op een wijze die een willekeurige of ongerechtvaardigde discriminatie tussen landen waar soortgelijke omstandigheden gelden of een verkapte beperking van de liberalisering van investeringen of de handel in diensten zou inhouden, wordt niets in titel II, titel III, titel IV, titel VIII en titel XI, hoofdstuk 4, zodanig uitgelegd dat het een Partij belet maatregelen vast te stellen of te handhaven die:
- a)
noodzakelijk zijn voor de bescherming van de openbare veiligheid of de openbare zeden of de handhaving van de openbare orde1.;
- b)
noodzakelijk zijn voor de bescherming van het leven of de gezondheid van mensen, dieren of planten;
- c)
noodzakelijk zijn voor de handhaving van wet- of regelgeving die niet strijdig is met de bepalingen van deze overeenkomst, met inbegrip van die welke betrekking hebben op:
- i)
het voorkomen van misleidende en frauduleuze praktijken, of op middelen om de gevolgen van de niet-nakoming van contracten te compenseren;
- ii)
het beschermen van de persoonlijke levenssfeer van personen met betrekking tot de verwerking en verspreiding van persoonsgegevens en het beschermen van het vertrouwelijke karakter van individuele dossiers en rekeningen, en
- iii)
veiligheid.
3.
Voor alle duidelijkheid: de Partijen zijn het erover eens dat, voor zover dergelijke maatregelen anderszins onverenigbaar zijn met de bepalingen van de in de leden 1 en 2 van dit artikel bedoelde hoofdstukken, afdelingen of titels:
- a)
de in artikel XX, punt b), van GATT 1994 en in lid 2, punt b), van dit artikel bedoelde maatregelen milieumaatregelen omvatten, die noodzakelijk zijn om het leven en de gezondheid van mensen, dieren of planten te beschermen;
- b)
artikel XX, punt g), van de GATT 1994 van toepassing is op maatregelen voor de instandhouding van levende en niet-levende niet-duurzame natuurlijke hulpbronnen, en
- c)
maatregelen ter uitvoering van multilaterale milieuovereenkomsten uit hoofde van artikel XX, punt b) of g), van de GATT 1994 of uit hoofde van lid 2, punt b), van dit artikel kunnen vallen.
4.
Voordat een Partij maatregelen neemt als bedoeld in artikel XX, de punten i) en j), van de GATT 1994, verstrekt zij de andere Partij alle relevante informatie teneinde een voor beide Partijen aanvaardbare oplossing te vinden. Als binnen 30 dagen na het verstrekken van de informatie geen overeenstemming wordt bereikt, kan de Partij de desbetreffende maatregelen toepassen. Wanneer door uitzonderlijke en kritieke omstandigheden die onmiddellijk handelen vereisen, voorafgaande informatieverstrekking of voorafgaand onderzoek niet mogelijk is, kan de Partij die voornemens is de maatregelen te nemen, onmiddellijk voorzorgsmaatregelen nemen die nodig zijn om de situatie aan te pakken. Die Partij stelt de andere Partij daarvan onmiddellijk in kennis.
Voetnoten
De uitzonderingen betreffende de openbare veiligheid en de openbare orde mogen alleen worden ingeroepen in geval van een daadwerkelijke en voldoende ernstige bedreiging van een van de fundamentele maatschappelijke belangen.