Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/318
Art. 197 Sr. Verblijf in Nederland na ongewenstverklaring. HR: art. 81 lid 1 RO. Samenhang met 14/05518.
HR 20-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:224
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
20 februari 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, V. van den Brink, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
15/03607
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Vreemdelingenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:224, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 20‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1535, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑12‑2017
Essentie
Art. 197 Sr. Verblijf in Nederland na ongewenstverklaring. HR: art. 81 lid 1 RO. Samenhang met 14/05518.
Partij(en)
20 februari 2018
Strafkamer
nr. S 15/03607
IF/DAZ
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 22 mei 2015, nummer 22/005199-14, in de strafzaak tegen:
[verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1982.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1. De verdachte is bij arrest van 22 mei 2015 door het Gerechtshof Den Haag wegens “Als vreemdeling in Nederland verblijven, terwijl hij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.