Einde inhoudsopgave
Besluit vaste inrichting Nederlandse btw-regelgeving
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
01-07-2022, Stcrt. 2022, 16197 (uitgifte: 05-07-2022, regelingnummer: 2022-13545)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-07-2022, Stcrt. 2022, 16197 (uitgifte: 05-07-2022, regelingnummer: 2022-13545)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Plaats van levering en dienst
Besluit van 17 december 2020
De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.
Dit besluit is een actualisering van het besluit van 21 november 2003, nr. DGB2003/6237M. Het besluit is onder meer aangepast in verband met de arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 17 september 2014, zaak C-7/13 (Skandia America Corp. (USA) filial Sverige) en 24 januari 2019, zaak C-165/17 (Morgan Stanley & Co International plc). Verder is het besluit in lijn gebracht met en aangevuld vanwege de Uitvoeringsverordening van de Raad van de Europese Unie van 15 maart 2011, nr. 282/2011. Daarnaast is het besluit aangepast in verband met wijzigingen in de Nederlandse btw-regelgeving, zoals de implementatie van de richtlijn harmonisatie en vereenvoudiging handelsverkeer tussen lidstaten1.. Ook zijn redactionele wijzigingen aangebracht.
De onderdelen 1, 3 en 4 van dit besluit zijn gewijzigd bij besluit van 1 juli 2022, nr. 2022-13545, (Stcrt. 2022, 16197). De wijzigingen houden verband met het arrest van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 11 maart 2021, C-812/19 (Danske Bank).
Voetnoten
Wet van 18 december 2019, Stb. 2019, 515 .