Einde inhoudsopgave
Voorstel van wet houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving (Omgevingswet)
Artikel 5.42 (invulling algemene maatregel van bestuur artikelen 5.39 en 5.40)
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2015
- Bronpublicatie:
01-07-2015, Kamerstukken 2015, 33962 (uitgifte: 01-07-2015, kamerstukken: 33962-A)
- Inwerkingtreding
01-07-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
01-07-2015, Kamerstukken 2015, 33962 (uitgifte: 01-07-2015, kamerstukken: 33962-A)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Veiligheid en Justitie
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Omgevingsrecht / Algemeen
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen / Bestuursbevoegdheden
1.
Als voor een activiteit als bedoeld in artikel 5.1 toepassing wordt gegeven aan artikel 5.39, onder a, of 5.40, eerste lid, onder a, of tweede lid, onder a, worden bij algemene maatregel van bestuur gevallen of gronden met hetzelfde oogmerk bepaald als het oogmerk waarmee op grond van artikel 5.18 regels voor die activiteit worden gesteld.
2.
Als geval als bedoeld in artikel 5.39, onder a, waarin het bevoegd gezag de voorschriften van een omgevingsvergunning wijzigt, wordt in ieder geval aangewezen het geval waarin uit toepassing van artikel 5.38 is gebleken dat de nadelige gevolgen die de desbetreffende activiteit voor het milieu veroorzaakt:
- a.
gezien de ontwikkelingen van de technische mogelijkheden tot het beschermen van het milieu, verder kunnen worden beperkt, of
- b.
gezien de ontwikkelingen met betrekking tot de kwaliteit van het milieu, verder moeten worden beperkt.
3.
Als geval als bedoeld in artikel 5.40, eerste lid, onder a, of tweede lid, onder a, wordt in ieder geval aangewezen het geval waarin de voorschriften van de omgevingsvergunning kunnen worden gewijzigd of de omgevingsvergunning kan worden ingetrokken, met het oog op het treffen van passende preventieve maatregelen ter bescherming van de gezondheid, bedoeld in artikel 4.22, tweede lid, onder b.