RI 2015/97
Bestuurdersaansprakelijkheid. Welke stelplicht en bewijslast rusten op de curator voor een vordering ex art. 2:248 BW en een Peeters/Gatzen-vordering? (Janssen q.q./geïntimeerde)
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
16 juni 2015
- Magistraten
Mrs. C.G. ter Veer, F.J.P. Lock, C.J.H.G. Bronzwaer
- Zaaknummer
200.142.247
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS921764:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARL:2015:4357, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 16‑06‑2015
- Wetingang
Art. 2:248, 6:162 BW
Essentie
Bestuurdersaansprakelijkheid. Peeters/Gatzen-vordering. Selectieve betaling.
Welke stelplicht en bewijslast rusten op de curator voor een vordering ex art. 2:248 BW en een Peeters/Gatzen-vordering?
Samenvatting
Geïntimeerde is middellijk bestuurder van een vennootschap die handelde in natuursteen, welke vennootschap op 12 april 2011 failliet is verklaard. De curator van de gefailleerde vennootschap heeft geïntimeerde aansprakelijk gesteld voor het boedeltekort ex art. 2:248 BW (€ 571.494,06), stellende dat geïntimeerde niet voldaan heeft aan de boekhoudverplichting ex art. 2:10. Subsidiair heeft de curator schadevergoeding gevorderd van € 13.659,67 wegens onrechtmatig handelen van geïntimeerde, op ...