Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1059 betreffende specifieke bepalingen voor de doelstelling ‘Europese territoriale samenwerking’ (Interreg) ondersteund door het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling en door externe financieringsinstrumenten
Artikel 5 Geografische afbakening van transnationale samenwerking
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1059)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1059)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Financiering
Milieurecht / Algemeen
EU-recht / Marktintegratie
Ondernemingsrecht / Europees ondernemingsrecht
Sociale zekerheid algemeen / Bijzondere onderwerpen
1.
Steun uit het EFRO voor transnationale samenwerking kan worden verstrekt aan EU-regio's van NUTS-niveau 2, met inbegrip van ultraperifere gebieden, die grote transnationale gebieden bestrijken en rekening houdend (indien van toepassing) met macroregionale of zeebekkenstrategieën.
2.
Indien de betrokken lidstaat of lidstaten een transnationaal samenwerkingsprogramma indient/indienen, kan dit op zijn of hun verzoek ook betrekking hebben op een of meer ultraperifere gebieden van die lidstaat of lidstaten.
3.
Transnationale samenwerkingsprogramma's kunnen betrekking hebben op de volgende landen of gebieden, ongeacht of zij al dan niet steun ontvangen uit de Uniebegroting:
- a)
regio's in IJsland, Noorwegen, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk, alsook Andorra, Liechtenstein, Monaco en San Marino;
- b)
LGO's;
- c)
de Faeröer;
- d)
regio's van partnerlanden in het kader van het IPA III of het NDICI.
4.
De in lid 2 bedoelde regio's, derde landen, partnerlanden en LGO's zijn regio's van NUTS-niveau 2 of, indien er geen NUTS-classificatie is, daarmee vergelijkbare gebieden.