NJ 2018/312
Profijtontneming. Niet toereikend gemotiveerd oordeel dat de betalingsverplichting hoofdelijk moet worden opgelegd.
HR 29-05-2018, ECLI:NL:HR:2018:783, m.nt. T. Kooijmans
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 mei 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma en J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
16/05106 P
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Noot
T. Kooijmans
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS167788:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Opiumwet
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:783, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑05‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:502, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑04‑2017
- Wetingang
Essentie
Profijtontneming. Niet toereikend gemotiveerd oordeel dat de betalingsverplichting hoofdelijk moet worden opgelegd.
Aan de omstandigheden dat de inkomsten uit de hennepkwekerij gebruikt ‘[zouden] worden om de gezamenlijke schulden af te lossen dan wel een bepaalde levensstandaard hoog te houden’ en dat de betrokkene destijds met haar echtgenoot in gemeenschap van goederen was getrouwd, kan niet zonder meer worden ontleend dat de betrokkene daadwerkelijk samen met haar toenmalige echtgenoot de beschikking heeft gehad over de gehele opbrengst van de hennepkwekerij en dat op die grond het wederrechtelijk voordeel voor het geheel als gemeenschappelijk voordeel aan de betrokkene kan worden ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.