Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/94
Procesrecht. Beroep op pauliana (art. 3:45 BW); door hof gehonoreerd met aanvulling van de feitelijke grondslag? HR 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1357.
HR 20-12-2019, ECLI:NL:HR:2019:2016
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 december 2019
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, T.H. Tanja-van den Broek, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
18/03736
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:2016, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑12‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:892, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑10‑2019
Essentie
Procesrecht. Beroep op pauliana (art. 3:45 BW); door hof gehonoreerd met aanvulling van de feitelijke grondslag? HR 14 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1357.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN CIVIELE KAMER Nummer 18/03736 Datum 20 december 2019 ARREST In de zaak van [eiser], wonende te [woonplaats], EISER tot cassatie, hierna: [eiser], advocaat: aanvankelijk mr. R.W. Keus, thans mr. J.P. van den Berg, tegen COÖPERATIEVE RABOBANK U.A., gevestigd te Amsterdam, VERWEERSTER in cassatie, hierna: Rabobank, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.B. Rank-Berenschot:
Eiser ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.