NJB 2020/1821
Vervolg op HR 3 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:140. Schadevergoeding. Gemiste omzet. Na ontruiming van een horeca-pand heeft de verhuurder het gehuurde moeten herstellen voordat de exploitatie kon worden hervat. Motiveringsgebreken. Hoge Raad: 1. Het hof heeft geen begrijpelijke respons gegeven op het betoog over de noodzaak van schilder- en stucwerk. 2. Het hof heeft het beroep op het ontbreken van de exploitatievergunning kennelijk verworpen, maar dat oordeel niet gemotiveerd.
HR 03-07-2020, ECLI:NL:HR:2020:1222
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 juli 2020
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens,T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
19/02535
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Huurrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1222, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑07‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:325, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑04‑2020
- Wetingang
(art. 79 RO)
Essentie
Vervolg op HR 3 februari 2017, ECLI:NL:HR:2017:140. Schadevergoeding. Gemiste omzet. Na ontruiming van een horeca-pand heeft de verhuurder het gehuurde moeten herstellen voordat de exploitatie kon worden hervat. Motiveringsgebreken. Hoge Raad: 1. Het hof heeft geen begrijpelijke respons gegeven op het betoog over de noodzaak van schilder- en stucwerk. 2. Het hof heeft het beroep op het ontbreken van de exploitatievergunning kennelijk verworpen, maar dat oordeel niet gemotiveerd.
Uitspraak
R, adv. mr. N.C. van Steijn, vs. Kogra, adv. mr. H.J.W. Alt.
Feiten en procesverloop
Kogra en R hebben een huurkoopovereenkomst gesloten met betrekking tot een horecabedrijf. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.