Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/1130
Verstek. Aanwezigheidsrecht van in Duitsland gedetineerde verdachte. Slagende klacht met betrekking tot afwijzing aanhoudingsverzoek. Vgl. HR NJ 2002/317.
HR 10-10-2017, ECLI:NL:HR:2017:2578
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 oktober 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/02060 P
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2578, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑10‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1027, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑08‑2017
Essentie
Verstek. Aanwezigheidsrecht van in Duitsland gedetineerde verdachte. Slagende klacht met betrekking tot afwijzing aanhoudingsverzoek. Vgl. HR NJ 2002/317.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 4 april 2016, nummer 21/004395-15, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: [betrokkene], adv.: mr. J.C. Reisinger, te Utrecht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. F.W. Bleichrodt:
1. Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, heeft bij uitspraak van 4 april 2016 de betrokkene bij verstek met toepassing van art. 416, tweede lid, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.