NJB 2017/1707
Wet Bopz. Machtiging voortgezet verblijf. Arts verstandelijk gehandicapten. HR: Indien de diagnose niet is beperkt tot het ‘eigen deskundigheidsterrein’ van de arts verstandelijk gehandicapten, maar tevens het deskundigheidsterrein van de psychiater bestrijkt, kan voor een machtiging tot voortgezet verblijf in een psychiatrisch ziekenhuis niet worden volstaan met een verklaring van een arts verstandelijk gehandicapten, maar is mede een verklaring van een psychiater vereist
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
1 september 2017
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
17/01351
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Geneeskundige behandeling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:2226, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 01‑09‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:729, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 09‑06‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑03‑2017
- Wetingang
(art. 1 lid 1 en 6, art. 5 lid 1, art. 16 lid 2 Wet Bopz)
Essentie
Wet Bopz. Machtiging voortgezet verblijf. Arts verstandelijk gehandicapten. HR: Indien de diagnose niet is beperkt tot het ‘eigen deskundigheidsterrein’ van de arts verstandelijk gehandicapten, maar tevens het deskundigheidsterrein van de psychiater bestrijkt, kan voor een machtiging tot voortgezet verblijf in een psychiatrisch ziekenhuis niet worden volstaan met een verklaring van een arts verstandelijk gehandicapten, maar is mede een verklaring van een psychiater vereist
Partij(en)
De officier van justitie, adv. mr. M.M. van Asperen, vs. A, adv. mr. M.E. Bruning.
Uitspraak
Procesverloop
In dit geding heeft de officier van justitie verzocht om een machtiging tot voortgezet verblijf van betrokkene ...