Einde inhoudsopgave
Richtlijn 93/109/EG tot vaststelling van de wijze van uitoefening van het actief en passief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees Parlement ten behoeve van de burgers van de Unie die verblijven in een Lid-Staat waarvan zij geen onderdaan zijn
Artikel 2
Geldend
Geldend vanaf 30-12-1993
- Bronpublicatie:
06-12-1993, PbEG 1993, L 329 (uitgifte: 30-12-1993, regelingnummer: 93/109/EG)
- Inwerkingtreding
30-12-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-1993, PbEG 1993, L 329 (uitgifte: 30-12-1993, regelingnummer: 93/109/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
In deze richtlijn wordt verstaan onder:
- 1.
‘verkiezingen voor het Europees Parlement’, de verkiezing door middel van rechtstreekse en algemene verkiezingen van de vertegenwoordigers in het Europees Parlement overeenkomstig de Akte van 20 september 1976(1);
- 2.
‘kiesgebied’, het grondgebied van een Lid-Staat, waar overeenkomstig bovengenoemde Akte en, binnen het kader daarvan, overeenkomstig de kieswet van deze Lid-Staat, de vertegenwoordigers in het Europees Parlement door het volk van deze Lid-Staat worden verkozen;
- 3.
‘Lid-Staat van verblijf’, de Lid-Staat waar de burger van de Unie verblijft zonder dat hij de nationaliteit van deze Lid-Staat bezit;
- 4.
‘Lid-Staat van herkomst’, de Lid-Staat waarvan de burger van de Unie onderdaan is;
- 5.
‘communautaire kiezer’, elke burger van de Unie die overeenkomstig de bepalingen van deze richtlijn in de Lid-Staat van verblijf het actief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees Parlement heeft;
- 6.
‘communautair verkiesbaar persoon’, elke burger van de Unie die overeenkomstig de bepalingen van deze richtlijn in de Lid-Staat van verblijf het passief kiesrecht bij de verkiezingen voor het Europees Parlement heeft;
- 7.
‘kiezerslijst’, het officiële register van alle personen die in een bepaalde kieskring of een bepaald onder een lage overheid ressorterend gebied kiesgerechtigd zijn, dat overeenkomstig de kieswet van de Lid-Staat van verblijf door de bevoegde autoriteit wordt opgesteld en bijgewerkt, of het bevolkingsregister indien daarin de hoedanigheid van kiezer is vermeld;
- 8.
‘referentiedag’, de dag/de dagen waarop de burgers van de Unie volgens het recht van de Lid-Staat van verblijf moeten voldoen aan de voorwaarden om aldaar kiesgerechtigd of verkiesbaar te zijn;
- 9.
‘formele verklaring’, de verklaring van de betrokkene, op de onjuistheid waarvan in de desbetreffende nationale wet sancties zijn gesteld.
Voetnoten
PB nr. L 278 van 8. 10. 1976, blz. 5.