NJ 2005, 114
Een lid van het Finse parlement heeft als deskundige zitting in een rechterlijk college. Geen schending van art. 6 EVRM.
EHRM 22-06-2004, ECLI:NL:XX:2004:AQ6530, m.nt. E.A. Alkema
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
22 juni 2004
- Magistraten
N. Bratza, M. Pellonpää, V. Strážická, R. Maruste, S. Pavlovschi, L. Garlicki, J. Borrego Borrego
- Zaaknummer
47221/99
- Noot
E.A. Alkema
- LJN
AQ6530
- JCDI
JCDI:ADS160808:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2004:AQ6530, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 22‑06‑2004
- Wetingang
EVRM art. 6
Essentie
Een lid van het Finse parlement heeft als deskundige zitting in een rechterlijk college. Geen schending van art. 6 EVRM.
Samenvatting
Een geschil over een renovatie wordt in hoger beroep voorgelegd aan een speciale kamer van een Fins Hof. Eén van de deskundige bijzitters in deze kamer is ten tijde van de uitspraak lid van het Finse parlement. Klaagster doet een beroep op artikel 6, eerste lid EVRM, dat vereist dat een rechterlijk college zowel onafhankelijk als onpartijdig is.
Of een rechterlijk college voldoende onafhankelijk is, hangt af van de wijze van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.