NJ 1964/373
Tegenstrijdige bewijsmiddelen.
HR 10-03-1964, ECLI:NL:HR:1964:5, m.nt. Mr. A.L.M. van Berckel
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 maart 1964
- Magistraten
Mrs. Feber, Kazemier, Loeff, Eijssen [Rapp.], de Meijere
- Zaaknummer
[10031964/NJ_1964-373]
- Conclusie
Mr. Moons
- Noot
Mr. A.L.M. van Berckel
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS140284:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1964:5, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑03‑1964
- Wetingang
Essentie
Tegenstrijdige bewijsmiddelen.
Samenvatting
Ambtshalve: De verklaring van req. dat hij de portefeuille heeft „weggenomen" om op die wijze misschien tot een overeenkomst met R. te komen, is niet verenigbaar met de verklaring van req. dat hij geld en portefeuille tot zich heeft genomen met de gedachte dat daarop een door R. berokkende schade kon worden verhaald. Het Hof heeft mitsdien tegenstrijdige bewijsmiddelen gebezigd, zodat 's Hofs arrest niet in stand kan blijven en het voorgestelde middel geen bespreking behoeft. 1
Voorgaande uitspraak
Op het beroep van H. S., te G., req. van cassatie tegen een arrest van het Hof ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.