RvdW 2023/378
Procesrecht. Verzoek om mondelinge behandeling (art. 87 lid 8 Rv); afwijzing; maatstaf; motiveringsvereiste.
HR 24-03-2023, ECLI:NL:HR:2023:449
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 maart 2023
- Magistraten
Mrs. F.J.P. Lock, S.J. Schaafsma, K. Teuben
- Zaaknummer
22/00407
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:449, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑03‑2023
ECLI:NL:PHR:2022:1242, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑12‑2022
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑12‑2021
- Wetingang
Art. 87 Rv
Essentie
Procesrecht. Verzoek om mondelinge behandeling (art. 87 lid 8 Rv); afwijzing; maatstaf; motiveringsvereiste.
Samenvatting
Art. 87 lid 1 Rv bepaalt dat de rechter, op verzoek van partijen of een van hen dan wel ambtshalve, in alle gevallen en in elke stand van het geding een mondelinge behandeling kan bevelen. Art. 87 lid 8 Rv bepaalt dat indien geen mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden, de rechter voordat hij over de zaak beslist aan partijen desverlangd de gelegenheid biedt hun standpunt mondeling uiteen te zetten. Ingevolge art. 353 lid 1 Rv is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.