Besluit toepassing van de vrijstellingsmethode voor bepaalde inkomsten uit dienstbetrekking onder belastingverdragen met Golfstaten
1.1 Gebruikte begrippen
Geldend
Geldend vanaf 13-09-2017. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
07-09-2017, Stcrt. 2017, 52188 (uitgifte: 12-09-2017, regelingnummer: IZV 2017-0000015971)
- Inwerkingtreding
13-09-2017, terugwerkend tot: 01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-09-2017, Stcrt. 2017, 52188 (uitgifte: 12-09-2017, regelingnummer: IZV 2017-0000015971)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
De Golfstaten: Bahrein, Koeweit, Oman, Qatar, Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten.
Een Golfstaat: Bahrein, Koeweit, Oman, Qatar, Saoedi-Arabië onderscheidenlijk de Verenigde Arabische Emiraten, al naargelang de context vereist.
Het verdrag met Koeweit: Het verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Staat Koeweit tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (Trb. 2001, nr. 126).
De verdragen: Het verdrag met Bahrein, Koeweit, Oman, Qatar, Saoedi-Arabië en de VAE.
Bepaalde inkomsten uit dienstbetrekking: Inkomsten uit dienstbetrekking in de zin van artikel 14, eerste en derde lid, en artikel 23, vijfde lid, van het verdrag met Bahrein, artikel 24, zesde lid, van het verdrag met Koeweit, artikel 15, eerste en derde lid, van het verdrag met Oman, artikel 15, derde lid, en artikel 23, zesde lid, van het verdrag met Qatar, artikel 15, derde lid, van het verdrag met Saoedi-Arabië, onderscheidenlijk artikel 14, derde lid, van het verdrag met de VAE, al naargelang de context vereist.