Hof Den Haag, 25-04-2017, nr. 22-002906-16
ECLI:NL:GHDHA:2017:1205
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
25-04-2017
- Zaaknummer
22-002906-16
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Materieel strafrecht (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:GHDHA:2017:1205, Uitspraak, Hof Den Haag, 25‑04‑2017; (Hoger beroep)
Cassatie: ECLI:NL:HR:2019:1069, Bekrachtiging/bevestiging
Uitspraak 25‑04‑2017
Inhoudsindicatie
Art. 131 Sr. Medeplegen van opruiing. Aansporing tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag. Voor strafbare opruiing niet is vereist dat komt vast te staan dat redelijkerwijs waarschijnlijk is te achten dat het strafbaar feit zal optreden. Taakstraf 50 uren, subsidiair 25 dagen hechtenis.
Rolnummer: 22-002906-16
Parketnummer: 09-817833-16
Datum uitspraak: 25 april 2017
TEGENSPRAAK
Gerechtshof Den Haag
meervoudige kamer voor strafzaken
Arrest
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag van 16 juni 2016 in de strafzaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren te [plaats] op [datum],
adres: [adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof op 11 april 2017.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte vrijgesproken van het ten laste gelegde.
De officier van justitie heeft tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 24 april 2016 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, in het openbaar bij geschrift en/of bij afbeelding tot enig strafbaar feit en/of gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag heeft opgeruid, door op de Gerard Doustraat en/of in de Schilderswijk, (telkens) (een) poster(s) te plakken met daarop onder meer de volgende teksten:
- " weg met de politie en de staat", "leve de opstand" en/of
- " Dan is de enige optie om keihard in opstand te komen." en/of
- " In de zomer van 2015 woedde er een opstand in de Schilderswijk." en/of "Laat deze zomer een hete zomer worden!" en/of
- " Het is belangrijk om tijdens acties anoniem te blijven om het de politie niet te makkelijk te maken." en/of
- " Doe er je voordeel bij de volgende opstand of als je op pad gaat om de politie en de staat aan te vallen!".
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte ter zake van het ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van acht weken met aftrek van voorarrest, waarvan vier weken voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op of omstreeks 24 april 2016 te 's-Gravenhage, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, in het openbaar bij geschrift en/of bij afbeelding tot enig strafbaar feit en/of gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag heeft opgeruid, door op de Gerard Doustraat en/of in de Schilderswijk, (telkens) (een) poster(s) te plakken met daarop onder meer de volgende teksten:
- " weg met de politie en de staat", "leve de opstand" en/of
- " Dan is de enige optie om keihard in opstand te komen." en/of
- " In de zomer van 2015 woedde er een opstand in de Schilderswijk." en/of "Laat deze zomer een hete zomer worden!" en/of
- " Het is belangrijk om tijdens acties anoniem te blijven om het de politie niet te makkelijk te maken." en/of
- " Doe er je voordeel bij de volgende opstand of als je op pad gaat om de politie en de staat aan te vallen!".
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Nadere overwegingen
Heeft verdachte posters geplakt?
Ter terechtzitting heeft de advocaat-generaal overeenkomstig zijn overgelegde requisitoir betoogd dat de verdachte degene is geweest die de posters heeft geplakt. De raadsvrouw heeft dit betwist overeenkomstig de door haar overgelegde pleitnotities.
De getuige [X] heeft gezien dat twee personen op verschillende plekken posters plakten. Zij heeft de politie een signalement gegeven van deze twee personen. Een van de mannen zou een zwarte jas, een zwarte rugtas en een gele Jumbo tas dragen. In de door de meldster opgegeven omgeving heeft een verbalisant de verdachte, die achter een muurtje vandaan kwam en een donkere jas droeg, staande gehouden. Hij trof een gele Jumbo tas met daarin een natte lijmkwast en een Cola fles gevuld met lijm aan op de plek waarvan de verdachte was komen aanlopen en zag lijmvlekken op zijn jas. Vervolgens constateerden verbalisanten dat er in de donkere rugtas die verdachte droeg een grote Cola-fles lijm zat. Dat het om lijm gingen hebben de verbalisanten naar het oordeel van het hof – tegen de achtergrond van de melding – kunnen afleiden uit het feit dat de flessen witte substantie bevatten die een sterke lijmlucht had en dat zich naast een van de flessen een lijmkwast bevond. Verder overweegt het hof dat de meldster twee personen heeft zien plakken, de politie vervolgens twee personen (waaronder verdachte) ziet lopen die ieder aan een signalement voldoen, de onbekend gebleven plakker aan de politie ontkomt en verdachte na zijn staande houding verklaarde dat hij op een vriend aan het wachten was. Zij hebben aldus bewust en nauw samengewerkt. Het hof is van oordeel dat de verdachte degene is geweest die de posters samen met een onbekend gebleven persoon heeft geplakt. Op grond van de inhoud van de bewijsmiddelen verwerpt het hof het standpunt van de raadsvrouw dat het niet vaststaat dat de flessen en de kwast lijm bevatten.
Bewijsuitsluiting althans strafvermindering wegens vormverzuim
De omstandigheid dat de lijm en de kwast na vernietiging op last van de Officier van Justitie niet meer kunnen worden onderzocht brengt niet mee dat de verkrijging van dit bewijsmateriaal als onrechtmatig moet worden aangemerkt. De onmogelijkheid om nader onderzoek naar de lijm en de kwast te doen staat niet aan een eerlijke procesvoering in de weg, nu uit het – hierboven kort weergegeven – aanwezige bewijsmateriaal overtuigend volgt dat verdachte lijm en een lijmkwast onder zich had.
Opruiing
De verdediging heeft betwist dat de ten laste gelegde teksten uit de posters opruiend zijn. De term ‘aanvallen’ is niet letterlijk bedoeld en betreft geen aansporing tot geweld. Het debat moet – ook in de Schilderswijk – op het scherp van de snede gevoerd kunnen worden.
Het hof stelt voorop dat de ten laste gelegde uitingen in onderling verband en samenhang alsmede tezamen met de inhoud van de gehele poster dienen te worden bezien. Ook de verdediging heeft daarop gewezen (pleitnota, blz. 5). De tekst van de geplakte posters refereert aan de rellen die in de zomer van 2015 in de Schilderswijk hebben plaatsgevonden na de dood van Mitch Henriquez. Hierbij zijn vernielingen en mishandelingen gepleegd. Volgens de poster was dit een opstand tegen de politie. Tegen deze achtergrond acht het hof de oproep om – samengevat weergegeven – deze zomer keihard in opstand te komen tegen de politie en om (‘anoniem’) op pad te gaan om de politie aan te vallen opruiend. Deze spoort immers aan tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag. De stelling van de verdediging dat actievoerders de term ‘aanvallen’ in overdrachtelijke zin gebruiken – die met de verwijzing naar de rellen in de Schilderswijk in 2015 reeds vraagtekens oproept – doet niet ter zake nu voor een strafbare opruiing niet is vereist dat komt vast te staan dat redelijkerwijs waarschijnlijk is te achten dat het strafbaar feit zal optreden. Voor zover de raadsvrouw heeft bedoeld hiermee het opzet van verdachte te betwisten, overweegt het hof dat verdachte – wederom gelet op de hiervoor beschreven rellen in 2015 – met zijn oproep om de politie aan te vallen willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat zijn uitlatingen derden – die ze letterlijk zouden kunnen nemen - zouden kunnen bewegen daartoe daadwerkelijk over te gaan.
Voorwaardelijk verzoeken
Het hof wijst af het onder 6 van de pleitnota in hoger beroep opgenomen verzoek om de daar bedoelde verbalisant te horen over de aangeplakte posters, nu het hof dit gelet op hetgeen hierboven over het posterplakken is overwogen met het oog op de volledigheid van het onderzoek niet noodzakelijk acht.
Ook het verzoek om het horen van rechtsgeleerde deskundigen – wetenschappers op het gebied van publieke uitingen – wordt afgewezen. Het hof acht een toelichting op dat punt niet noodzakelijk, nu het zich daarover zelfstandig een oordeel vormt.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van het in het openbaar, bij geschrift en/of bij afbeelding opruien tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich zoals bewezen verklaard schuldig gemaakt aan opruiing. Door de bewezenverklaarde opruiing heeft de verdachte aangezet tot gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag. Dit wordt de verdachte zwaar aangerekend. Verdachte heeft volledig miskend welke grote impact de rellen in 2015 op de bewoners van de Schilderswijk en de politie hebben gehad.
Het hof heeft in het nadeel van de verdachte acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 24 maart 2017, waaruit blijkt dat de verdachte eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van strafbare feiten. Dat heeft hem er kennelijk niet van weerhouden het onderhavige feit te plegen.
Het hof is - alles afwegende - van oordeel dat een geheel onvoorwaardelijke taakstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 9, 22c, 22d, 63 en 131 van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij rechtens gelden dan wel golden.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 50 (vijftig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door 25 (vijfentwintig) dagen hechtenis.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering zal worden gebracht, volgens de maatstaf van twee uren taakstraf per in voorarrest doorgebrachte dag, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Dit arrest is gewezen door mr. H.C. Wiersinga,
mr. D.M. Thierry en mr. H.A. Holthuis,
in bijzijn van de griffier mr. L.E.A. Jonkers.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 25 april 2017.
Mr. H.A. Holthuis en mr. L.E.A. Jonkers zijn buiten staat dit arrest te ondertekenen.