Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) Nr. 1406/2002 tot oprichting van een Europees Agentschap voor maritieme veiligheid
Artikel 5 Rechtspersoonlijkheid, plaatselijke kantoren
Geldend
Geldend vanaf 01-03-2013
- Bronpublicatie:
15-01-2013, PbEU 2013, L 39 (uitgifte: 09-02-2013, regelingnummer: 100/2013)
- Inwerkingtreding
01-03-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-01-2013, PbEU 2013, L 39 (uitgifte: 09-02-2013, regelingnummer: 100/2013)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Douane (V)
1.
Het Agentschap is een orgaan van de Gemeenschap. Het Agentschap heeft rechtspersoonlijkheid.
2.
In elk van de lidstaten geniet het Agentschap de meest uitgebreide handelingsbevoegdheid welke aan rechtspersonen krachtens de wetgeving in de betreffende lidstaat wordt verleend. Het Agentschap kan in het bijzonder roerende en onroerende zaken verwerven of vervreemden en kan in rechte optreden.
3.
Op verzoek van de Commissie kan de raad van bestuur met toestemming van en in samenwerking met de betrokken lidstaten en terdege rekening houdend met de gevolgen voor de begroting, waaronder eventuele bijdragen die de betrokken lidstaten kunnen leveren, besluiten regionale centra te vestigen die noodzakelijk zijn om, op de meest efficiënte en effectieve manier, een aantal van de taken van het Agentschap uit te voeren. Wanneer de raad van bestuur een dergelijk besluit neemt, stelt hij het precieze takenpakket van het regionale centrum vast, waarbij onnodige financiële kosten worden vermeden en de samenwerking met bestaande regionale en nationale netwerken wordt verbeterd.
4.
Het Agentschap wordt vertegenwoordigd door zijn uitvoerend directeur.