Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2015/2219 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor opleiding op het gebied van rechtshandhaving (Cepol) en tot vervanging en intrekking van Besluit 2005/681/JBZ van de Raad
Artikel 23 Uitvoerend directeur
Geldend
Geldend vanaf 24-12-2015
- Bronpublicatie:
25-11-2015, PbEU 2015, L 319 (uitgifte: 04-12-2015, regelingnummer: 2015/2219)
- Inwerkingtreding
24-12-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-11-2015, PbEU 2015, L 319 (uitgifte: 04-12-2015, regelingnummer: 2015/2219)
- Vakgebied(en)
Politierecht / Algemeen
EU-recht / Instituties
1.
De uitvoerend directeur wordt aangesteld als tijdelijk functionaris van Cepol op grond van artikel 2, onder a), van de regeling.
2.
De uitvoerend directeur wordt na een open en transparante selectieprocedure door de raad van bestuur benoemd uit een lijst van ten minste drie kandidaten die worden voorgedragen door een door de raad van bestuur opgericht selectiecomité en die zijn voorgedragen door de lidstaten en de Commissie.
Het selectiecomité stelt die lijst van voorgedragen kandidaten op op basis van een door de Commissie op transparante wijze opgestelde lijst met alle kandidaten wier profiel overeenkomt met de vereisten voor deze functie, die zijn vermeld in de in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakte aankondiging van vacature.
De Commissie doet het selectiecomité een kopie toekomen van alle kandidaturen die zij voor de vacature heeft ontvangen.
Voor het sluiten van de arbeidsovereenkomst met de uitvoerend directeur wordt Cepol vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur.
3.
De ambtstermijn van de uitvoerend directeur bedraagt vier jaar. Aan het eind van deze termijn stelt de Commissie samen met de raad van bestuur een beoordeling op waarin rekening wordt gehouden met de evaluatie van de door de uitvoerend directeur bereikte resultaten en de toekomstige taken en uitdagingen van Cepol.
4.
Rekening houdend met de beoordeling als bedoeld in lid 3, kan de raad van bestuur de ambtstermijn van de uitvoerend directeur eenmaal verlengen met ten hoogste vier jaar. In dergelijk geval mag de uitvoerend directeur niet deelnemen aan een andere selectieprocedure voor dezelfde functie na afloop van de volledige termijn.
5.
De uitvoerend directeur kan uit zijn ambt worden ontheven door een besluit van de raad van bestuur.
6.
De raad van bestuur neemt besluiten over de benoeming van de uitvoerend directeur, de verlenging van diens ambtstermijn en diens ontheffing uit zijn functie met een tweederdemeerderheid van zijn leden.