Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 908
HR, 04-09-2009, nr. 07/10974
HR 04-09-2009, ECLI:NL:HR:2009:BI7190
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 september 2009
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
07/10974
- Conclusie
plv. P-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
BI7190
- Vakgebied(en)
Recht algemeen (V)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2009:BI7190, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑09‑2009
ECLI:NL:HR:2009:BI7190, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑09‑2009
Essentie
Onrechtmatige overheidsdaad (strafvorderlijk beslag). Beroep op verjaring; verlenging verjaringstermijn?; stuiting?
Falende motiveringsklachten tegen de verwerping door het hof van de stelling van thans eiser tot cassatie dat de verjaringstermijn ingevolge art. 3:321 lid 1 sub f BW is verlengd, alsmede tegen het oordeel van het hof dat aan de ten processe bedoelde brieven geen de verjaring stuitende werking kan worden ontleend.
Partij(en)
[Eiser], te [woonplaats], eiser tot cassatie, advocaat: mr. J. Groen,
tegen
de Staat der Nederlanden, Ministerie van Justitie, te 's‑Gravenhage, verweerder in cassatie, . mr. G. Snijders.