Einde inhoudsopgave
Wet maritiem beheer BES
Artikel 49e
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2018
- Bronpublicatie:
04-10-2017, Stb. 2017, 401 (uitgifte: 03-11-2017, kamerstukken: 34710)
- Inwerkingtreding
01-01-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2017, Stb. 2017, 463 (uitgifte: 07-12-2017, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
Waterrecht (V)
Openbare orde en veiligheid / Rampenbestrijding
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Indien zich een maritiem ongeval heeft voorgedaan ten gevolge waarvan:
- 1°
een schip is gezonken of gestrand;
- 2°
een deel van een schip, met inbegrip van zaken die zich aan boord van dat schip bevinden of hebben bevonden, is gezonken of gestrand;
- 3°
een door een schip op zee verloren zaak is gestrand, gezonken of op zee op drift geraakt, of
- 4°
een schip op het punt van zinken of stranden staat of naar redelijkerwijs verwacht kan worden, zal zinken of stranden indien niet reeds doeltreffende maatregelen worden genomen om hulp te verlenen, maakt de gezagvoerder of de exploitant van het schip daarvan zo spoedig mogelijk melding en verstrekt daarbij de gegevens, bedoeld in artikel 5, tweede lid, van het Wrakopruimingsverdrag aan Onze Minister, die daarvoor een instantie kan aanwijzen. Zodra door de gezagvoerder of de exploitant van het schip aan de meldplicht uit hoofde van dit artikel is voldaan, is de ander daarvan ontslagen.
2.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de te verstrekken informatie, alsmede de wijze waarop de melding geschiedt en de informatie wordt verstrekt.
3.
Het eerste lid en het bepaalde krachtens het tweede lid is niet van toepassing voor zover op grond van artikel 14 van de Wet voorkoming van verontreiniging door schepen BES aan de bevoegde autoriteiten van het ongeval melding moet worden gemaakt en daarbij de in het tweede lid bedoelde informatie moet worden verstrekt.