NJFS 2020/111
Moord broer kroongetuige; 28 jaar gevangenisstraf; niet-ontvankelijkverklaring benadeelde partijen ter zake shockschade.
Hof Amsterdam 16-12-2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:4432
- Instantie
Hof Amsterdam
- Datum
16 december 2019
- Magistraten
Mrs. A.M. van Woensel, A.E. Kleene-Krom, R. Kuiper
- Zaaknummer
23-000264-19
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHAMS:2019:4432, Uitspraak, Hof Amsterdam, 16‑12‑2019
- Wetingang
Art. 51f, 359 lid 5 en 6 Sv; art. 36f, 289 Sr; art. 6:101 BW
Essentie
Straftoemeting. Benadeelde partij. Vervolg op Rechtbank Amsterdam, 10 januari 2019, NJFS 2019/58.
1. De door de rechtbank opgelegde gevangenisstraf doet onvoldoende recht aan de bijzondere ernst van de moord op de broer van een kroongetuige. Door verdachtes welbewuste beslissing om merendeels te zwijgen is onverklaarbaar gebleven waarom hij tot zijn handelen is gekomen en is er geen inzicht in de kans op herhaling. Volgt oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 28 jaar.
2. Het verkrijgen van een vergoeding van geleden immateriële shockschade bestaat voor een zeer beperkte kring van personen. Bij de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.