9.4.4 De norm voor de bestuurder bij maatschappelijke belangen

Het leerstuk van de persoonlijke aansprakelijkheid van de curator biedt goede uitgangspunten voor de beoordeling van het gedrag van de bestuurder indien maatschappelijke belangen in het geding zijn. Mijns inziens kunnen maatschappelijke belangen wel een rechtvaardiging vormen voor het onbevoegd beschikken over in eigendom voorbehouden zaken van de schuldeiser mits laatstgenoemde een compensatie ontvangt. De schuldeiser dient erop te kunnen rekenen dat zijn vordering ter zake waarvan een eigendomsvoorbehoud is bedongen, wordt voldaan indien hij door gedragingen van de bestuurder het eigendomsrecht van de zaken verliest. Het eigendomsvoorbehoud dient er immers juist toe om ingeval van het uitblijven van betaling de schuldeiser door middel van het uitoefenen van haar eigendomsrecht zekerheid te bieden dat zij geen schade leidt. De bestuurder dient bij de doorverkoop zich ervan te verzekeren dat de leverancier zal worden voldaan. Het is belangrijk voor ogen te houden dat hiermee niet is gezegd dat de verkoper onder eigendomsvoorbehoud mag worden blootgesteld aan het risico dat zijn vordering onverhaalbaar zal zijn. Indien de schuldeiser voorafgaande aan de doorverkoop niet wordt betaald, dient de bestuurder ofwel gelden te separeren voor de voldoening van die schuldeiser ofwel hij dient ten behoeve van de leverancier maatregelen te treffen tegen de insolventie van de derde-koper. Die maatregelen kunnen erin bestaan dat levering aan de afnemer tegen contante betaling plaatsvindt of dat de schuldenaar-vennootschap bij de doorverkoop zijnerzijds een eigendomsvoorbehoud bedingt.1 Indien de schuldeiser onverhoopt niet kan worden voldaan, dan komt dat naar mijn oordeel voor rekening van de bestuurder.2 Maatschappelijke belangen vormen in mijn opvatting alleen dan een rechtvaardigingsgrond voor een onbevoegde vervreemding van de in eigendom voorbehouden zaken indien de schuldeiser aan het einde van de dag wordt voldaan. Zij ontlenen hun kracht aan de omstandigheid dat een doorverkoop inkomsten genereert en de bestuurder gelet op de als gevolg daarvan tenietgegane zekerheid van de schuldeiser wordt geacht haar als eerste te voldoen.