Einde inhoudsopgave
Landsverordening internationale bijstandsverlening bij de heffing van belastingen [Curaçao]
Artikel 38
Geldend
Geldend vanaf 26-09-2015
- Bronpublicatie:
17-09-2015, Publicatieblad van Curaçao 2015, 53 (uitgifte: 25-09-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
26-09-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-09-2015, Publicatieblad van Curaçao 2015, 53 (uitgifte: 25-09-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Curaçao
1.
De minister en de bevoegde autoriteit van een aangezochte staat kunnen overeenkomen dat, ter uitwisseling van inlichtingen in het kader van de in artikel 1 bedoelde wederzijdse bijstand, ambtenaren van de belastingdienst onder de door de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat gestelde voorwaarden:
- a.
aanwezig kunnen zijn in de kantoren waar de ambtenaren van de aangezochte staat hun taken vervullen;
- b.
aanwezig kunnen zijn bij een administratief onderzoek dat wordt uitgevoerd op het grondgebied van de aangezochte staat.
2.
Voor zover het in de aangezochte staat wettelijk is toegestaan, kunnen in het kader van de overeenkomst, bedoeld in het eerste lid, de bij een administratief onderzoek aanwezige ambtenaren van de belastingdienst personen ondervragen en bescheiden onderzoeken.
3.
Ambtenaren van de belastingdienst die overeenkomstig het eerste lid in de aangezochte staat aanwezig zijn, dienen te allen tijde een schriftelijke opdracht te kunnen overleggen waaruit hun identiteit en hun officiële hoedanigheid blijkt.