Overeenkomst tot arbitrage
Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/2.5.1:2.5.1 Inleiding
Overeenkomst tot arbitrage (BPP nr. 13) 2011/2.5.1
2.5.1 Inleiding
Documentgegevens:
Mr. G.J. Meijer, datum 20-07-2011
- Datum
20-07-2011
- Auteur
Mr. G.J. Meijer
- JCDI
JCDI:ADS502248:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
Art. II Wet van 13 mei 2004 tot Aanpassing van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, het Wetboek van Strafrecht en de Wet op de economische delicten ter uitvoering van richtlijn nr. 2000/13 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 8 juni 2000 betreffende bepaalde juridische aspecten van de diensten van de informatiemaatschappij, met name de elektronische handel, in de interne markt (Pb LG 178) (Aanpassingswet richtlijn inzake elektronische handel), Stb. 2004, 210.
Besluit van 18 juni 2004, Stb. 2004, 285.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Bij Aanpassingswet Richtlijn inzake elektronische handel zijn aan art. 1021 Rv een derde en vierde volzin toegevoegd:
’De overeenkomst tot arbitrage kan tevens worden bewezen door elektronische gegevens. Artikel 227a, eerste lid, van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek is van overeenkomstige toepassing."1
Art. 6:227a BW, waaraan art. 1021 Rv refereert, verlangt voor de gelijkstelling van de elektronische gegevens met een geschrift — kort samengevat — dat:
a. de overeenkomst raadpleegbaar is door partijen;
b. de authenticiteit van de overeenkomst in voldoende mate gewaarborgd is;
c. het moment van totstandkoming van de overeenkomst met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld; en
d. de identiteit van partijen met voldoende zekerheid kan worden vastgesteld.
Het gewijzigde art. 1021 Rv is op 30 juni 2004 in werking getreden.2 De wijziging van art. 1021 Rv zal inhoudelijk aan de orde komen bij de totstandkoming en het bewijs van de arbitrageovereenkomst (zie 8.3.3 en 8.5).