RFR 2024/30
Hoort bij de omvang van de geldvorderingen ten laste van echtgenote van erflater ook een uitkering uit levensverzekering die aan echtgenote in privé toekomt?
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 november 2023
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek, S.J. Schaafsma, G.C. Makkink, K. Teuben
- Zaaknummer
22/04938
- Conclusie
plv. P-G mr. M.H. Wissink
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS944966:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Erfrecht (V)
Erfrecht / Algemeen
Erfrecht / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1632, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑11‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:697, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑07‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑10‑2022
- Wetingang
Art. 4:13 lid 3 BW
Essentie
Vaststelling van omvang van geldvorderingen van (stief)kinderen ten laste van echtgenote van erflater.
Moet bij die vaststelling worden betrokken een uitkering uit levensverzekering die aan echtgenote in privé toekomt en die is aangewend ter aflossing van hypothecaire schuld die tot ontbonden huwelijksgemeenschap behoort?
Samenvatting
Op 11 november 2015 is erflater overleden. Hij was op dat moment gehuwd met zijn tweede echtgenote. Uit zijn eerste huwelijk had erflater twee kinderen. Daarnaast was erflater stiefvader van de kinderen van zijn tweede echtgenote. Tussen de erflater en zijn tweede echtgenote bestond sinds juni 2015 een wettelijke gemeenschap van ...