BNB 2024/40
Lijfrente-uitkering door Nederlandse verzekeraar aan inwoner Filippijnen. Voorwaarde dat uitkering ten laste van Nederlandse winst is gekomen
HR 09-02-2024, ECLI:NL:HR:2024:215, m.nt. P. Kavelaars
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
9 februari 2024
- Magistraten
Mrs. Feteris, Boerlage, Van der Voort Maarschalk
- Zaaknummer
22/04346
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
P. Kavelaars
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS950524:1
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht / Heffingsbevoegdheid
Inkomstenbelasting / Uitgaven voor inkomensvoorzieningen
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑02‑2024
ECLI:NL:HR:2024:215, Uitspraak, Hoge Raad, 09‑02‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:707, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 02‑08‑2023
- Wetingang
Art. 18 lid 2 Belastingverdrag Nederland-Filippijnen 1989
Essentie
Lijfrente-uitkering door Nederlandse verzekeraar aan inwoner Filippijnen. Voorwaarde dat uitkering ten laste van Nederlandse winst is gekomen
Samenvatting
Belanghebbende woonde in 2016 in de Filippijnen. Hij ontving een lijfrente-uitkering van een Nederlandse verzekeringsmaatschappij, waarop loonheffing is ingehouden en afgedragen. In zijn aangifte IB/PVV 2016 heeft belanghebbende verzocht om aftrek ter voorkoming van dubbele belasting voor het bedrag van de ontvangen lijfrente-uitkering. Het Hof heeft geoordeeld dat de uitkering in Nederland als bronstaat belastbaar is, omdat is voldaan aan de in het verdrag gestelde voorwaarde dat die uitkering ten laste van de winst van de verzekeringsmaatschappij is gekomen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.