V-N 2023/14.11
CRvB hanteert volgens A-G onjuiste criteria bij vaststellen verzekeringsplicht Rijnvarende
HR (Parket) 17-02-2023, ECLI:NL:PHR:2023:197, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Parket)
- Datum
17 februari 2023
- Zaaknummer
22/02795
- Conclusie
A-G Pauwels
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS692286:1
- Vakgebied(en)
Internationale sociale zekerheid / Verzekeringsplicht
Internationale sociale zekerheid / Bijzondere onderwerpen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:390, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑03‑2024
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑03‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:197, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 17‑02‑2023
- Wetingang
art. 13 Verordening (EEG) nr. 883/2004
Essentie
Advocaat-generaal Pauwels concludeert dat de Centrale Raad van Beroep rekening heeft gehouden met de verkeerde omstandigheden. Volgens de A-G zijn omstandigheden van belang die direct verband houden met het verrichten van werkzaamheden.
Samenvatting
X werkt in 2016 op een binnenvaartschip in België, Duitsland en Nederland voor een werkgever uit Liechtenstein. Het schip behoort toe aan een Nederlands scheepvaartbedrijf. De SVB geeft een A1-verklaring af en verklaart de Nederlandse socialezekerheidswetgeving van toepassing. X is van mening dat de Liechtensteinse socialezekerheidswetgeving van toepassing is. De Centrale Raad van Beroep (CRvB) oordeelt dat de SVB terecht heeft aangenomen dat X een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.