NJB 2019/1671:Opruiing tot ‘gewelddadig optreden tegen het openbaar gezag’, art. 131 Sr: voor een bewezenverklaring daarvan is niet vereist dat de uitlatingen zijn gericht op ‘het op onrechtmatige wijze omver willen werpen van de Nederlandse regering’. Wel moeten de tenlastegelegde uitingen worden bezien in onderling verband en tezamen met de inhoud van de gehele uitlating. In casu kon het hof tot een bewezenverklaring van opruiing komen. In casu gaat het om een poster die onder meer refereert aan de rellen in de zomer van 2015 in de Schilderswijk te Den Haag na de dood van Mitch Henriquez, waarbij in een volgens de poster ‘opstand tegen de politie’ vernielingen en mishandelingen zijn gepleegd, terwijl de in de Schilderswijk aangeplakte poster aanspoort tot herhaling van deze gewelddadige rellen, waarbij de lezer van de poster wordt geadviseerd anoniem te blijven door het dragen van gezichtsbedekking ‘bij de volgende opstand of als je op pad gaat om de politie en de staat aan te vallen’