Einde inhoudsopgave
Protocol van 1992 tot wijziging van het Internationaal Verdrag betreffende de instelling van een Internationaal Fonds voor vergoeding van schade door verontreiniging door olie, 1971
Artikel 30 Inwerkingtreding
Geldend
Geldend vanaf 30-05-1996
- Bronpublicatie:
27-11-1992, Trb. 1994, 228 (uitgifte: 04-11-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
30-05-1996
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-07-1996, Trb. 1996, 197 (uitgifte: 22-07-1996, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Omgevingsrecht / Milieu
1.
Dit Protocol treedt in werking twaalf maanden na de datum waarop aan de volgende eisen is voldaan:
- a.
ten minste acht Staten hebben een akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding nedergelegd bij de Secretaris-Generaal van de Organisatie; en
- b.
de Secretaris-Generaal van de Organisatie heeft overeenkomstig artikel 29 mededeling ontvangen dat de personen in deze Staten die op grond van artikel 10 van het Fondsverdrag, 1971, zoals gewijzigd bij dit Protocol, verplicht zouden zijn bij te dragen gedurende het voorgaande kalenderjaar in totaal een hoeveelheid van ten minste 450 miljoen ton bijdragende olie hebben ontvangen.
2.
Dit Protocol treedt echter niet in werking vóórdat het Aansprakelijkheidsverdrag, 1992, in werking is getreden.
3.
Ten aanzien van elke Staat die dit Protocol bekrachtigt, aanvaardt, goedkeurt of ertoe toetreedt nadat aan de in het eerste lid gestelde eisen voor inwerkingtreding is voldaan, treedt het Protocol in werking twaalf maanden na de datum van nederlegging door die Staat van de daartoe strekkende akte.
4.
Iedere Staat kan, op het tijdstip van nederlegging van zijn akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding met betrekking tot dit Protocol, verklaren dat deze akte voor de toepassing van dit artikel niet eerder van kracht wordt dan aan het einde van het tijdvak van zes maanden bedoeld in artikel 31.
5.
Iedere Staat die een verklaring overeenkomstig het voorgaande lid heeft afgelegd, kan deze te allen tijde intrekken door middel van een kennisgeving gericht aan de Secretaris-Generaal van de Organisatie. Een zodanige intrekking wordt van kracht op de datum waarop de kennisgeving wordt ontvangen en iedere Staat die een zodanige intrekking doet, wordt geacht zijn akte van bekrachtiging, aanvaarding, goedkeuring of toetreding met betrekking tot dit Protocol op die datum te hebben nedergelegd.
6.
Iedere Staat die een verklaring ingevolge artikel 13, tweede lid, van het Protocol van 1992 tot wijziging van het Aansprakelijkheidsverdrag, 1969, heeft afgelegd, wordt geacht tevens een verklaring ingevolge het vierde lid van dit artikel te hebben afgelegd. De intrekking van een verklaring ingevolge genoemd artikel 13, tweede lid, wordt geacht tevens een intrekking ingevolge het vijfde lid van dit artikel te vormen.